Etappe 83 – Llanes naar Ribadesella – 31,8 km – 2.048 km – dag 17

Hoera, halfweg voorbij! Dat is toch wat de gidsen en kaarten melden. Alleen is de echte afstand gestapt wat langer.

Haventje Llanes

Eerst het brugje over en dan verder door het centrum waar ook oude huizen staan.

Centrum Llanes

Wat verderop stond er eentje die me deed denken aan de villa’s van de Atlantikwall.

Potdicht

De tocht gaat verder westwaarts. Handig want de start gaat vaak met de zon in de rug wat mooiere kleuren geeft. Eerste bezienswaardigheid de ruïnes van de Monastere San Salvador.

De strook land tussen de bergen en de zee wordt smaller en dat merk je doordat wegen en sporen dichter naar elkaar schuiven.

Even het zand en strand op aan de Playa Boriza. Het was te uitnodigend, ook gezien de lengte van de tocht vandaag. Koffietijd.

Snel verder strak langs de kust. We blijven vrij laag. Ik zeg we, want hier en daar zie je pelgrims wandelen.

Steeds vreemd hoe die riviermondingen zo breed kunnen zijn! Dit is een Atlantische kust en hier heb je ook duidelijk getijdenwerking.

En terug naar boven. Altijd gevaar voor glijden.

Ondertussen geleerd dat juist de onderste stukken van de weg bij een helling de gevaarlijkste zijn wat uitglijden betreft. Dubbel uitkijken. Vandaag is het droog en valt het mee. Ondertussen weer een collega pelgrim gespot.

Trio pelgrims met hondje

Eigenlijk zijn het er 3 + viervoeter. We babbelden wat. Vandaag was het hondje moe en ze vertelden me dat ze ophielden in Ribadesella om vrienden van vader te bezoeken. Schouderklopje en verder. De lunchpauze werd na stappen door weiden en bosjes de Playa San Antonio.

Er loopt duidelijk al wat meet volk rond. De paasweek is heilig hier. Morgen op goede vrijdag is het een echte feestdag.

Heel andere omgeving. Groen

De Camino kiest meer inland als richting. Een rustige glooiende weg die wat trekt op een oude spoorlijn. Het gaat vlot vandaag. De kilometers worden gevreten en we gaan vooruit. We zitten halfweg. Hoera.

Gevangen kappeletje

Op die rustige grindweg juist voorbij een ciderbrouwerij hoor ik mensen achter mij praten. De toeristische pelgrims uit Frankrijk. Lightpackers. Twee dames stapten me flink voorbij, wat heen en weer geroep en de rest van de groep was achter ons gelaten.

Franse superpelgrims

Die Franse superpelgrims stapten verder en verder voor mij uit tot aan de kruising met een grotere weg. Daar hielden ze halt voor het aanvoeren van drank en proviand blijkbaar.

Horreo

De eerste schuurtjes op stenen voetjes komen in het landschap. Horreo volgens de gids. Daarin bewaarden de mensen hun voorraden. De poten zorgden ervoor dat ongedierte de granen edg niet makkelijk konden eten. En onder het dak kan je er hout leggen om te drogen. In onze streken kwamen zo een schuren in de Romeinse periode en vroege middeleeuwen ook voor dacht ik. Ik herinner me de naam niet meer, maar mocht je het weten, geef een seintje.

Altijd aangenaam stappen naast spoorweg. Laag stijgingspercentage 😉
Smal corridor met snelweg, spoor en Camino

In de smalle strook tussen berg en zee passeren we Pria. Leuke buurt. Maak kennis met familie bloempotje.

Familie bloempotje

Daar kruiste ik plots speedy pelgrim. Hij kwam me tegemoet, zonder rugzak. Hij draaide om en liep dan een 300 m met me mee terwijl hij belde. Ik moet corrigeren. Hij sprak geen Duits, maar iets wat ik niet kan thuisbrengen. Iets Oost-Europees?

De laatste stevige klim van de dag ging door de weide tussen de koeien met klokken om hun nek. Het was net een beiaard. Een laatste keer de spoorlijn oversteken. Dus goed kijken of de trein niet afkomt, maar dat is gelukt hoor. We zijn er nog.

Cecile n’est pas un passage a niveau

Er volgde dan nog een 8-tal km stappen tussen struiken en weiden in één rechte lijn naar havenstad Ribadesella. Een lange brug over met heel veel mensen over en aangekomen.

Hoog water in Ribadesella

Het was eigenlijk verschrikkelijk druk. Komt het omdat het morgen feestdag is, want goede vrijdag wordt hier gevierd. Maar er is nog een reden tonen affiches op de ramen.

Morgen paardenrennen op het strand!

Etappe 80 – Viveda naar Liandres – 26,3 km – 2.046,1 km – dag 15

Weer mooi warm met frisse bries. Zeer gevarieerde etappe met van alles wat.

Bloemenpracht langs de Camino

De dag startte met een wandeling over gewone wegen in heuvelachtig landschap. Een pelgrim vloog me voorbij. Tot de middag was het in het bijzijn van die grote man, een ouder Duits koppel en een jongere vrouw dat de Camino liep. Soms haalde ik ze in soms zij mij.

Speedy pelgrim

In de verte blijven de sneeuwtoppen duidelijk present mooi afsteken tegen de azuren hemel.

Na de wandeling door de weiden, waar de boeren al flink aan het hooien zijn, kwamen we aan in Santillana del Mar. Eén van de best bewaarde middeleeuwse stadjes van de streek.

Pelgrims komen aan in Santillana del Mar

Heel toeristisch ook. Vol winkeltjes die allerhande prullaria verkopen naast hotels en restaurants.

Toeristische middeleeuwen

Het moet gezegd dat je zonder al de toeristen, je je bijna in die middeleeuwen zou wanen, of toch een propere versie ervan.

De kerk van Santillana del Mar

Op zoek naar de toeristische dienst voor de stempel en dan op zoek naar de post. Gezien het warmer wordt kan ik de overtollige kledij terugsturen naar huis. Vanmorgen alles in een zak gestoken.

Ingepakt gaat terug naar huis

En nu alles in een postdoos en weg. Het was toch 2 kg en dat voel je wanneer dat in de rugzak mee omhoog moet. Dus meer capaciteit voor water edg, want het is weer warm en super droog.

2kg minder te dragen

Na 2 koffie snel weg uit de drukte en verder op stap. Terug door de weilanden en verderop de speedy pelgrim bijgehaald. Aankomst aan kerkje, met zicht op zee.

Pelgrim klimmend

Daarna slingert de Camino zich verder tussen de weiden met koeien en andere dieren. Het is lente en overal zie je nieuw leven.

Ezelsveulentje

Het is niet allemaal peis en vree in die dorpjes. Veel boerderijen worden verlaten of omgebouwd tot vakantiehuis. Het dorp blijft zitten met een (veel te grote) kerk die onderhouden moet worden.

De rustende pelgrim laat het niet aan haar hart komen

We zakken verder richting zee. En voor ik het door heb sta ik terug aan zee, aan het strand.

The beach

Maar zoals steeds, typisch voor de route, eenmaal beneden moet je terug naar boven. Dus sjouwend met de (lichtere) rugzak kan ik boven genieten van mooie vergezichten. De Camino del Norte op zijn best.

Camino del Norte op zijn best

Etappe 78 – San Miguel naar Santander, inclusief veerboot – 29,7 km – 1.992,7 km – dag 13

We naderen 2.000 km op onze lange tocht. Vandaag een hele mooie en gevarieerde etappe.

Vanmorgen goed vroeg vertrokken. De voorspelde regenbuien bleven uit. Eerst trok de Camino door het groene heuvelachtige land. Een beeld van San Miguel die er in de zon veel aantrekkelijker uitziet dan gisteren in de regen.

San Miguel de Meruelo in de zon

Na een kleine kilometer trof me het mooie kleurenspel door de zon op de kerk en de kerktoren.

Toch nog steeds dreigende lucht.

Naar beneden ging eerst de tocht. Naar het groen en naar een riviertje. Een oude middeleeuwse brug bracht me naar de overkant. Alleen jammer voor de brug want op haar oude dag was er een stuk uitgereden. Dat wordt herstellen.

Mooi middeleeuwse brug
Maar met een stuk uit.

Het bleef droog. De temperatuur rond de 15 graden. De wegjes waren goed begaanbaar. Tot de middag, tot in Guemes e vervolgens Galizano ging het op en neer tussen weiden, koeien en geiten, boerderijen en bossen van eucalyptus. Een pelgrim (ik vermoed een Nederlandse naam gelezen te hebben op het naamplaatje van de rugzak) stond te communiceren met de koeien toen een groep fietsers hem voorbijschoot.

Na de middag veranderde het landschap helemaal. Het werd cliff walking. Met prachtige vergezichten over de ruwe kust.

Playa van Galizano
Playa de Langre

Een mooie wandeling die eindigde aan het strand van Loredo. Mezelf op een ijsje getrakteerd want het was wel een pak warmer geworden ondertussen. De lagen kleren gingen uit. En dan een nieuwe ervaring. Een paar kilometer zandstrand te overbruggen naar Somo. Gelukkig was het geen hoog tij en kon ik op het harde zand stappen langs de opkomende golven.

Op naar Somo

Onderweg sepia zien liggen. Dat vind je vaak aan onze vlaamse noordzeekust.

Maar ook een eerder stadium van die sepia kwam ik tegen. Een hele octopus spoelde ook aan. Het is de schedel van dit beestje dat sepia levert bij het vergaan.

Nog steeds strand. Goed dat ik niet te veel moest ploeteren in dat droge zand. De sukkelaars die dit bij hoog water moeten afleggen moeten tocht zweetdruppels achterlaten. Bepakt en bezakt…pfff.

Het strand gaat maar door

Rechts van me bulderen de golven op het strand. Vrij grote golven hoor. Wat verderop doemde een eiland met 2 vuurtorens op.

Eindelijk was dat zand achter de rug en kwam een dijk onder de zolen. Het is zaterdag en heel wat volk op de been. (op terras)

Terrasjesweer

Ook veel surfers gezien die met hun planken de golven trotseren. Ookheel wat winkeltjes die surfmateriaal aan bieden. Of het

Zou mijn maat er tussen hangen?

Uiteindelijk de laatste activiteit van de dag. Deze keer had ik minder geluk want de veerboot vertrok juist toen ik aankwam. Dat betekende een half uur wachten. Een groep Franse pelgrims kwam ook aan en een vijftal pelgrimdames die wel bier lustten e in verschillende talen het hoge woord voerden.

Juist vertrokken. 30 minuten wachten.
Gezellige pelgrimdames

Ziezo, de tocht over de monding verliep met nogal wat kronkels om de vele zandbanken te ontwijken maar daar was Santander. Eindpunt voor vandaag.

Vaargeul naar Santander; let op de boeien

Etappe 68 – San Sebastian naar Getaria – 24,0 km – 1745,2 km – dag 3

Het wordt grijzer, het wordt kouder. Een heel gevarieerde wandeling vandaag. Voormiddag wispelturig kustpad en namiddag doorheen Zarauts en een wandeling langs de dijk naar de vissersstad Getaria.

Opstaan deed ik met dit mooie uitzicht met vuurtorentje. Eigenlijk was ik al 3 km verder gestapt gisteren. Zo kon ik meteen goed starten voor de etappe vandaag.

2 vuurtorens

Het weggetje ging omhoog, slingerde parallel aan zee doorheen de groene weiden. Het was frisser, grijs maar droog.

Let op de appelsienenboom naast dit boerderijtje. De weg ging kwalitatief achteruit. De uitzichten bleven mooi, maar de weg zelf verdween en werd een stijgend en slingerend pad.

Bosweg met Gr
De oude pelgrimswegen met grote plavuizen komen vaak voor in de streek.

Een verlaten streek met taaie begroeing, want nabij de oceaan en het kan er flink stormen. De grote steenblokken schijnen al heel oud te zijn, gelegd om pelgrims vlotter te doen reizen. Verschillende kilometer afgelegd op deze reuze kinderkoppen. Kunst kom je ook tegen en een natuurlijke fontein met drinkbaar water .

Kunst langs de Camino

Drinkbaar water uit de rots

Op en neer gaat de tocht. Geen levende ziel te bespeuren. Het is een stukje desolaat gebied waar ik doorheen loop. Doet me wat denken aan de Landes, maar dan heuvelachtiger. Na 6 a 7 km toch teken van leven.

We love you! I love it.

Toch fijn dat de mensen hier de pelgrims zo welkom heten, getuige dit bord, of de auto die plots naast mij vertraagde en waar de bestuurder met bewonderende blik mij vroeg: Camino? Of een koppel in Zarauts die je kruist en vol overtuiging ‘Buen Camino’ toeroept. Zelfs een paar hulppostjes onderweg ontmoet met water en een box met materiaal voor verzorging.

Hulp bij pijne voeten.

Uiteindelijk komt de Camino terug in de bewoonde wereld aan in Orio (nee niet de koekjes) via de ermita San Martin. Gesloten. Daar iets gegeten en achter mij zag ik Alex voorbij stappen

De ermita San Martin en het zicht naar de zee.

Orio zelf is een kleine haven waarlangs een luidruchtige autoweg dendert. Het lawaai weergalmt in de vallei en overdondert na een dag stilte. Het stadje zelf is typisch gebouwd.

Orio

De tocht gaat verder, vlak en langsheen de monding met havenactiviteiten en resten ervan.

Nog een oude baggeraar

En zoals steeds volgt een bocht met een klim. De weg loopt eerst langs weiden en eindigt in wijngaarden. Hier wordt een witte tintelende wijn verbouwd. Nette gaarden voor Txakoli.

Wijngaarden van txakoli

Eenmaal over de heuvelkam gaat de Camino langs een gewone weg naar beneden naar stadje Zarautz. Strand!

Getaria in de verte.

De stad Zarautz is gebouwd in dambord met een lange laan centraal. Daar staan wel wat beelden en monumentje langs.

Kaarsrecht
Industrieel erfgoed

In de stad zelf even langs gegaan in de toeristische dienst de stempel halen.

Verder gaat het vlak langs een lange promenade die naast de weg aan de rotsen hangt richting Getaria. Mooi maar na 4km wel wat saai. De golven beuken er tegen gigantische stenen blokken. Op zee zie je vissersbootjes dobberen.

Wandeldijk
Wandeldijk bis

Aankomst in Getaria met eerst een koffietje en een leuke ongekende 50ct surprise.

Andorra

De kerk binnengestapt. Origineel, want door de vele verbouwingen door de eeuwen heen ligt de vloer volledig schuin en zijn doksaal en dgl in verschillende niveaus. Hopelijk zichtbaar op de foto’s.

Schuine vloer

Ziezo, de wandeling is voorbij. Morgen naar Deba, maar eerst lekker eten en slapen.

Leve de asperges