Etappe 98 – Salceda naar San Marcos bij Monte de Gozo – 24,4 km – 2.451,4 km – dag 32

De laatste wandeldag.

Morgen kom ik in de voormiddag aan in Compostella. Het doet toch iets met een mens. De hele pelgrimstocht duurde uiteindelijk toch 100 dagen en bedroeg bijna 2,5 duizend km. Brrr…

Deze laatste stapdag was ook gevarieerd en had de nodige verrassingen in petto.

Zon!

Eerst en vooral het weer. De zon zette alle registers open. Ook de volgende dagen beloven aangenaam te worden om deze tocht uit te zwaaien blijkbaar.

De pensionuitbater had ook een verrassing in de vorm van een leuke ontbijtkoffie.

Good morning

Veel afscheid vandaag. De laatste kabbelende beekjes, de laatste koeien, geiten, schapen, katten en zelfs de grote perros aan hun ketting of in hun kooi of soms op straat. Zelfs dienen rare schaduw met zijn hoedje op is bijna weg.

Voetpaden waren er niet altijd

Er is ook een stevige poging ondernomen om de veiligheid van de vele pelgrims te verbeteren. Voetpaden, aangeduide oversteekplaatsen en zelfs speciale voetgangerstunnels. Dat hebben we niet zo vaak gezien daar aan de kust.

Ook fietsers hebben hun camino

Langs de weg zie je ook af en toe fietsers met pak en zak passeren die Buen camino roepen. Hier ging het bergaf. Dus is de fietsers al voorbij de bocht. Volgende keer neem ik de foto wanneer er bergop gereden wordt.

Wie er ook nog steeds bij zijn, zijn de Camino wachters. Zoals deze 2 hier. Zo dicht bijeen zie je ze toch niet vaak! Aankomst in O Pedrouzo e tijd voor een koffie, stempel halen in de bibliotheek en genieten van deze mooie muurschildering.

Camino kunst

Een groep schoolkinderen stapte et uit de bus. Die zou ik straks terug zien. Ze wilden allemaal weten waar ik vandaan kwam. American? Maar samen met een paar andere pelgrims trokken we verder. Een volgende verrassing kwam een paar km verder! En wat voor één.

Uppupa epops

Het vogeltje langs de weg. Een niet alledaagse verschijning bij ons. Heel herkenbaar aan zijn beige, wit en zwarte verenkleed en zijn opvallende kuif.

Zie je hem pikken in het gras? Een hop! Tof. Zo dichtbij! Daarna volgde nog een vrij lange klim richting landingsbaan en autoweg. Van over de autoweg via deze brug komt de Camino del Norte – directe weg op de Camino Frances.

Meteen een paar meter verder is de grens van Santiago de compostella. Een beeld met allerhande spullen rond geeft dit aan.

Ik heb er ook een hangertje bij gelegd. Het was ondertussen 13u30. Picknicken. Ook de laatste keer.

Terwijl ik at, passeerden verschillende pelgrims maar ook de grote groep schoolkinderen. Weer vroegen ze waar ik vandaan kwam en wanneer ik Belgium, Belgica zei kreeg ik van de jongens vaak de namen van de voetballer die ze kenden. Courtois, Lukaku, Hazard, enz…

Laatste kerkjes (met gesloten deuren)

Nog een paar dorpjes, op en neer gaat de Camino. Ook op deze laatste kilometers krijgen we de nodige klauter meters. Een kerel met rugzak haalde me in en toen hij zag dat ik onderstaande muurschildering fotografeerde, haalde hij ook zijn Mobile uit om te fotograferen.

Nog wat naar beneden, een brugje over en wat verder stond ie dan. Camino wachter 10km rond. Met versleten schoenen. Op elke wachter ligt nu iets. Schoenen, keitjes, bloemen, enz

10 km

Moedig

Bijna boven op een heuveltop wordt ik traagjes ingehaald door een tandem met man en vrouw. Hij gaat werkelijk heel traag en ik haal hem terug bij. De vrouw stapt van de tandem en mankt met moeite naar boven. De man rijdt nu terug sneller naar boven, stapt af en komt de vrouw helpen naar boven te stappen. Ik geraak aan de praat met hen. Broer en zus. Van oorsprong uit Nederlands Limburg, maar nu wonende in Duitsland. “Ik heb een probleem om te stappen en dank zij mijn broer kan ik toch de tocht maken.” We geven elkaar nog moed en “het doet toch iets dat aankomen,he” zegt de broer. “Tot in Santiago, we zien elkaar daar wel!”

Broer en zus

En daar sta je dan met je mond vol tanden.

De 3 torens

Aangekomen in het pension. Maar na de douche en het verkleden wat verder gestapt om dit beeld te kunnen maken vanop de Monte do gozo. Ooit was de paus hier op bedevaart en een groot domein werd opgebouwd. Veel volk kan hier opgevangen worden.

Gelukkig is het rustig. Wel is men druk in de weer om grotere toeloop aan te kunnen. Gisteren waren er iets meer dan 1.200 pelgrims. Morgen zit ik ook in het dagcijfer.

Etappe 97 – Sobrado naar Salceda via Arzua – 34,5 km – 2.391,0 km – dag 31

Op naar de Camino Frances. Via deze Camino, die meer inlands loopt, gaat het grootste deel van de pelgrims naar Compostella. Dus daar zit of liever loopt, heel wat meer volk. Ik ben benieuwd. O ja, de klok was stil vannacht.

Mist in de abdijtuin

Eerst gaan ontbijten en er Rainer, de Nederlander ontmoet. Die had ook hier overnacht en ging naar Arzua vandaag. Hij had Roland (de Parijzenaar waar ik het al over gehad heb.) en anderen nog gezien gisteren, maar die waren al wat verder getrokken. Hij was hier gebleven door het onweer. Vrij vroeg op stap. Vandaag krijg ik de keuze. Of kort en krachtig door een saai landschap langs de weg 20 km lang, of een ommetje langs Arzua en daar al de Camino Frances opgaan. Meer variatie, maar iets meer km.

De Caminowachter gaf 59 km aan. Maar daar komt straks iets bij. De rekening klopt niet altijd. Maar als je al meer dan 2.000 km gestapt hebt steekt het niet nauw.

De eerste helft vandaag was een geleidelijke afdaling naar Boimorto. Dat verliep langs mooie boswegels, zacht om te stappen. In Boimorto kiezen richting Arzua, zo een 12 km meer Camino Frances op het programma.

Zachter om te stappen. Heerlijk

Vanaf Boimorto werd het opnieuw een rustige asfaltweg door de weiden en de bossen van eucalyptus. De laatste dagen heb ik wel wat pijn aan de bovenkant van mijn voet, vooral op die asfaltwegen en dalen doet ook geen deugd. Wat versleten zeker?

Mooie luchten

Het weer zat wel prima vandaag. Droog, zo’n en wolken. Dus niet te warm en niet te koud. Na de lange afdaling dan toch een klim en aankomst in Arzua, één van de laatste etappeplaatsen van de Camino Frances. De sfeer is inderdaad anders. Meer huizen, meer bars en meer pelgrims lokken. Na een week in het dunbevolkte noorden is dit wel een flinke verandering.

Arzua

Let alleen al op de wimpeltjes. Kwestie van mensen zich welkom te voelen. Daar heel lekker een grote pizza gegeten. En wie komt daar binnen? De pelgrim die ik de eerste dagen van mijn tocht af en toe zag; Speedy. Een pelgrim uit Oost-europa, die ik af en toe zag maar eigenlijk geen contact mee kon maken. Vandaag toch dag kunnen zeggen. En toen ik met handen toonde dat het niet ver meer gaan was, kon er een lach van af.

Er loopt wel wat meer volk langs de Frances. Deze 3 vlogen voorbij. Wat verderop toch even kunnen praten. Eén was een Kroatië. En de magerste had enorm last van blaren op zijn voeten en tenen.

Voor deze laatste km maakte de Camino zich weer mooi met wandelingen in het groen langsheen tuinen met oa vijgen (na Pasen), met holle wegen, met vergezichten en weinig autoverkeer en asfalt. Hoera voor mijn voeten!

Lommerte op zonnige dagen

Vooral in de zomer zullen die groene tunnels wel geen luxe zijn om wat bescherming te krijgen van de zon. Dan is er mijn inziens ook veel meer volk. Heel wat bars edg waren nog dicht. Er zijn er ook in elk dorp en elkebar probeert origineel te zijn om bezoekers te trekken.

Massa’s getekende bierflessen

Deze positioneert zich als biergarten en hangt de ganse tuin vol met lege bierflessen, getekend door pelgrims.

Een andere had zijn muur vol versleten wandelschoenen hangen. Op een terras in Arzua had ik een oudere kerel opgemerkt achter een grote pint. Blijkbaar ook een pelgrim. Toen ik hem verderop opnieuw zag, zat hij terug op een terrasje achter een stevige pint en de derde keer stond hij in het midden van het gras om het hooien te filmen. Bij aankomst in Salceda liepen we samen voorbij de Caminowachter.

Bleek een Ier te zijn. Sedert 2014 gestart in Saint-Jean in de Pyreneeën. Goed dat we aankomen, zei hij. Hier overnacht ik. Maar eerst a cold beer. See you tomorrow. Dat beloofd.

Etappe 96 – Pobra de Parga naar Sobrado dos Monxes – 25,0 km – 2.356,5 km – dag 30

Een leuke verassing van de pensionuitbater. Vanmorgen kregen de aanwezige pelgrims een ontnijtpakket met elk zo een leuke getekende pelgrim. Naast de 3 Spaanse pelgrims, die ik vorige dagen al zag was er ook de Franse Laure. Een verpleegster die de Camino in omgekeerde richting!

Ze waarschuwde ons voor de cultuurschok. Op de andere Camino is het werkelijk veel drukker. Mensen zijn gehaast en duwen elkaar bijna van de weg. Zij hoopte naar Metz terug te stappen, maar was niet altijd evident om de pijlen van de Camino wachters te vinden. Maar ze kon wel genieten van de rust op de Norte zei ze.

Het had blijkbaar weer flink geregend vanacht en de start was in de mist.

Waterzonnetje

Rustig glooiend door bos en veld komt de Camino aan bij een breder riviertje. Wat verderop is een watervalletje. Midden in die poel steekt een rotspunt uit het water en daarop zit een bruine vogel met grote witte borstplek. Een waterspreeuw! Het is de eerste keer dat ik die zo goed zie. Knap! Natuurlijk gaat de vogel vliegen wanneer ik die wil fotograferen.

Daar zat dus die waterspreeuw

De rest van de voormiddag gaat de wandeling langs aardewegen zonder één mens of auto te zien. Wat hoger en droger.

Wat lager en wat natter op een oude heirbaan die 2.000 jaar lang amper onderhouden werd.

Of nog lager waarbij je je afvraagt hoe je hier nu weer droog over geraakt.

Waar is mijn polsstok?

Gewoonlijk loop je in de loop van de dag wel door een dorp of stadje, maar vandaag niets van dat. Enkel bomen, bos, velden en weiden met op het hoogste punt als hoogtepunt deze windmolens.

Hier wordt elektriciteit gemaakt.

Natuurlijk levert de hoogte mooie vergezichten op als de bossen juist gerooid zijn. En ik moet toegeven dat dit samenspel van groen, blauw en witte wolken mooi is.

Kleurenpalet

Eenmaal over de heuvelkam loopt de Camino in een andere provincie. Ook de weg verandert.

Gedaan de rots en aardewegen. Bijna de ganse namiddag loopt de route langs deze weg. Met auto’s en vrachtwagens die voorbij rijden en soms vliegen. Betekent continu op je hoede zijn.

Bijna aangekomen in Sobrado (dos Monxes). Voor mij zie ik terug de 3 Spaanse pelgrims lopen die vorige nacht ook in de herberg waren. Boven hen wordt de lucht donkerder en dan beginnen de druppels te vallen.

Wat hangt boven ons hoofd?

Niet enkel regen, maar de donder doet ook mee. Een heel luide knal zorgt er voor dat de stapsnelheid meteen naar omhoog gaat. Maar de regen is snel over wanneer ik aankom in Sobrado die als dorp volledig rond een oud cisterienzen klooster is gebouwd.

Toegangspoort kloostet

Knap staaltje Gallische barokstijl

Overnachten doe ik in een herberg die inde tuin van het klooster ligt. Is heel aangenaam en rustig, ware het niet dat de klok elkaar en half uur slaat. Hopelijk stopt dat tijdens d4 nacht? Antwoord: morgen.

Ps: antwoord vraag over plant die je langs de weg vindt hier. Het gaat over venkel.

Etappe 95 – Vilalba naar Pobra de Parga – 27,7 km – 2.331,5 km – dag 29

Door het stille groen.

Vertrek uit Vilalba gaf toch een hoopvol beeld. Een oude toren die mee is geïntegreerd in nieuwbouw. Blijkbaar een hotel.

Lekker slapen in oude toren.

Vandaag had ik de indruk in een groot weinig onderhouden Bokrijk te lopen. Veel natuur en af en toe oude gebouwen, triestig onderhouden.

Voor de culinairen onder jullie. Deze plant zie je vaak langs de weg. Idee wat het is? Wordt in de keuken gebruikt en er is ook een gekende drank die er van wordt gemaakt.

Antwoord morgen. De Camino wachter geeft 118 km aan. Dat betekent dus vanavond onder de 100! Hoera.

Eerste bokrijk gebouw, deze watermolen in verval. Het kabbelend beekje doet nog zijn werk, maar de molen heeft betere tijden gekend. De wegen zijn goed begaanbaar. Er zijn zelfs stroken bij waar volgens mij Julius Caesar nog is gepasseerd. Of was het een andere Romeinse veldheer hier in de streek?

Heirwegbrug?

Als ik aan een heerbaan denk, dan denk ik aan zo iets. De weggetjes en paden zijn vaak afgezoomd met platte stenen. Soms geeft dit zelfs een tunneleffect.

Ze hebben iets prehistorisch, iets Keltisch vind ik. Veel mos die al die spullen een oude originele look geeft. Zoals gisteren weer een kerkhof gotische stijl bij de oversteek van de grote weg.

Naast bouwsels, erfgoed (er rijden hier wagens rond die ik al 30 tot 40 jaar niet meer heb zien rijden) is er nog steeds de natuurpracht met vogels allerhande en deze paddestoelen bv.

Ik moet eerlijk zijn. Ik heb ze opgemerkt omdat één van de voor mij lopende pelgrims ze fotografeerde. 3 Duitsers op stap, die wat verderop halt hielden om te drinken. Ik drink een grote als ik de 100 voorbij ben zei ik hen.

Duitse kolonne

En wat verderop opnieuw een stukje Bokrijk. Oud bruggetje met daar juist een Spaanse pelgrim op. Leuk toch.

Compostella, hier kom ik.

Ondertussen was ik Baamonde genaderd. Vooraleer in de stad aan te komen de Parijzenaar ontmoet die ik feliciteerde met de overwinning van Macron. (Hij is hevige fan en ook van Verhofstad) Pratend gingen we dus naar Baamonde en daar hebben we samen gegeten. Reiner, de Nederlandet, zat er ook en was juist klaar met eten. In San Alberte deze mooie kapel en nog mooiere boom gespot. Beide kunnen in Bokrijk. Alhoewel het spreekwoord zegt dat je oude bomen niet verplant. En samen kwamen we dan aan de 100km.

Eigenlijk is er geen 100 km Camino wachter, maar een aantal goede zielen hebben dan maar zelf monumentje gemaakt om de 100 km te plaatsen en 6 meter voor de wachter vind je dit.

Nog 100 km

Leuk. Na de strook langs de weg draait de Camino de bossen in voor een laatste kapel.

Boskapel

En dan weer iets vreemds. 2 Camino wachters. Met 2 verschillende afstanden! Plots krijg ik er een kleine 10 km cadeau.

Links of rechts?

De keuze is de oude wat mer bewoonde langere route of de ‘eenzamere’ kortere route. Die laatste is het geworden en dus ben ik vertrokken voor een 20 km door bos en wei. Toch vind je hier af en toe constructies.

Heel stil allemaal. Er is wel een werknemer en verderop staan nog een 3-tal van die constructies. Met omheining en bord verboden toegang. Megastallen? Of iets anders? Was het niet in noord-spanje dat de grootste cannabis plantage werd gevonden? Spannend spannend.

Etappe 94 – Abadin naar Vilalba – 21,0 km – 2.331,5 km – dag 28

Overgangsetappe, rustetappe, losloopetappe. Noem het hoe je wil, maar opstaan was heel lastig vanmorgen.

Groen, zacht glooiend.

Wat een verschil met gisteren! Geen hard klimmen, maar zacht glooiend. Een groene wereld waar je door stapt, van dorp tot dorpje. Af en toe een beekje met zijn brugje.

Spanje is klaar om pelgrims te ontvangen.

De weg is hier goed begaanbaar. Er werd hard gewerkt om pelgrims te laten stappen in veiligheid zoals deze spiksplinternieuwe brug toont.

Blauwe lucht.

Stralend blauwe lucht en al snel mogen er kledinglaagjes uit. Ik heb de indruk dat het hier vooral ’s avonds regent. De dag startte blauw en eindigt grijs. Maar dan ben ik dus binnen.

De Camino del Norte volgt zo wat de grote autoweg en vaak gaat die er onder door of overheen. Weinig pelgrims te zien eigenlijk. Nederlander Reiner een paar keer. We kwamen samen aan op bestemming aan vanavond.

Holle weg

Heerlijk holle wegen ook. Dat moet vooral in de warme maanden voor afkoeling zorgen. Pelgrims wandelen door een groene tunnel werkelijk. Rond 14 u lunchtijd. Een idyllisch plaatsje gevonden dit keer. Een oud brugje, banken, lommer en rust. Hier is Caesar nog gepasseerd.

Picknicken

Wat een rust, wat een kalmte. In al de tijd dat ik er zat passeerde niks of niemand. Reiner vertelde me achteraf dat hij er ook gestopt is om te eten.

Idyllisch

Bij het oversteken van de N634 viel dit kerkhof op. Een Gotisch kerkhof zegt de gids.

Gotische stijl kerkhof

Wie wil daar begraven worden. Nu begraven doet men hier niet in de grond, maar wel bovengronds. Vreemd ook dat heel vaak de Camino een dorp binnenkomt of verlaat via het kerkhof.

Aankomst in Vilalba. Erfgoed zien liggen langs straat. Jammer dat industrieel materiaal noem maar erfgoed zo verwaarloosd wordt. Ik kon eigenlijk mijn ogen niet geloven. Kijk maar naar naamplaat.

Avelino porter rochester

Het is blijkbaar een stoommachine pletwals. Prachtig, maar wel wat werk aan!

Eigenlijk is er aan heel vilalba werk aan. Veel huizen in erbarmelijke staat. Te koop of over te nemen. Gelukkig werd in het hotel gerenoveerd. Toch een positieve toekomst. Pelgrims, kom maar af! Welkom.

Er is werk aan

Etappe 88 – Aviles naar San Juan de Pinera – 28,4 km – 2.174,7 km – dag 22

Helemaal andere tocht dan gisteren én we zijn de 3 voorbij. Nog een kleine 290 km te gaan. Vertrek uit Aviles met zon en wolken. Rustig op het gemeenteplein na de uitspattingen gisterenavond.

Gemeenteplein Aviles

Enkel nog een podium stond er nog. Ook mooiere omgeving dan gisteren om de stad te verlaten.

Podium

Nog een laatste blik en dan westwaarts. Het is meestal zo dat de markeringen van de route (schelpen of gele pijlen) en de kaart overeen komen. Maar nu plots stuurden de pijlen me een gans andere route op. Steeds vervelend. Een paar jaar geleden werd hier de autoweg aangelegd en dat zorgde wel voor een aantal aanpassingen. Misschien was ik wel op een oude route?

Klopt de aanduiding wel

Ik heb toen wel de goede keuze gemaakt blijkbaar, want een paar km verder toch op de beschreven route terug en het was een aangename bosweg.

We waren verder weg van de kust vandaag. Heel rustig ook. Geen pelgrims gezien of gehoord. De Spanjaarden terug aan het werk. Wel af en toe een vergezicht en voorlopig nog droog.

De structuur van de wandeling blijft wel nog dezelfde. Ofwel een heuvelrug volgen wat een vrij vlakke weg geeft ofwel kruisen en dan gaat het van top naar dal en terug omhoog. De autoweg lost dat anders op.

Van heuvel naar heuvel over het dal heen

Hier en daar, vooral in de kleinste dorpjes vind je nog wasplaatsen, lavoirs zoals in Frankrijk. Soms archaïsch en in slechte staat, soms moderner en netter zoals deze hier.

Klassieke “lavoir”

En zo komt de Rio de San sebastaban in zicht. Die brug daar beneden moet ik zometeen over.

Rio de San sebastaban

Enkel is er nog een heuveltop eerst over te steken. En lunchtijd. Ondertussen worden de dikkere grijze wolken vanuit het noordwesten talrijker.

Sote

De oversteek van de brug zelf zal ik me herinneren. Tussen de reling en een dikke stalen buis is er amper plaats om te stappen, zeker wanneer je een rugzak mee zeult.

Telkens moet je je voeten rond die bevestiging van de stootrand zwieren. Comfortabel is anders. En de wagens scheuren voorbij. Daar ook de Parijzenaar terug ontmoet. Hij was verwonderd van mijn vooruitgang, maar was zelf naar Aviles gereden met de bus en had de dar ervoor wat gesurfd vertelde hij. Voorbij de brug ging het weer stevig omhoog en liet ik hem gaan.

Eenmaal boven was er een opeenvolging van stroken door bos en dorpjes. Ondertussen vielen af en toe wat druppels. De regenponcho mocht uit de rugzak al bij het oversteken van de brug want een gure wind jaagde regen over alles heen.

In Muros bij het oversteken van de grote weg zaten een 4 tal jongeren (de Mexicaan oa) in de bar te schuilen (en te drinken). Iets ervoor een bellende Reiner voorbijgestapt. Hij was gestopt aan de herberg daar. “Buen Camino! Ah aus Belgien!!!” “Buen Camino Reiner”. De regen werd intenser en ik schuilde even tegen de kerkmuur. Staat daar aan de andere kant van het kerkplein de Parijzenaar in de deur van de bar te zwaaien. Dus daarheen, weg uit de regen. Na de koffie klaarde het op en stapten we pratend verder. Hij had Karolina uit Litouwen ook ontmoet. Ze was blijven plakken in Gijon zei hij.

Na een anderhalf uur babbelen en wandelen hield hij halt in El Pitu. Ik ging nog een beetje verder, langsheen de gigantische kerk van El Pitu naar de eindbestemming voor vandaag.

Kerk El Pitu doet wat zuid-amerikaans aan.

Etappe 83 – Llanes naar Ribadesella – 31,8 km – 2.048 km – dag 17

Hoera, halfweg voorbij! Dat is toch wat de gidsen en kaarten melden. Alleen is de echte afstand gestapt wat langer.

Haventje Llanes

Eerst het brugje over en dan verder door het centrum waar ook oude huizen staan.

Centrum Llanes

Wat verderop stond er eentje die me deed denken aan de villa’s van de Atlantikwall.

Potdicht

De tocht gaat verder westwaarts. Handig want de start gaat vaak met de zon in de rug wat mooiere kleuren geeft. Eerste bezienswaardigheid de ruïnes van de Monastere San Salvador.

De strook land tussen de bergen en de zee wordt smaller en dat merk je doordat wegen en sporen dichter naar elkaar schuiven.

Even het zand en strand op aan de Playa Boriza. Het was te uitnodigend, ook gezien de lengte van de tocht vandaag. Koffietijd.

Snel verder strak langs de kust. We blijven vrij laag. Ik zeg we, want hier en daar zie je pelgrims wandelen.

Steeds vreemd hoe die riviermondingen zo breed kunnen zijn! Dit is een Atlantische kust en hier heb je ook duidelijk getijdenwerking.

En terug naar boven. Altijd gevaar voor glijden.

Ondertussen geleerd dat juist de onderste stukken van de weg bij een helling de gevaarlijkste zijn wat uitglijden betreft. Dubbel uitkijken. Vandaag is het droog en valt het mee. Ondertussen weer een collega pelgrim gespot.

Trio pelgrims met hondje

Eigenlijk zijn het er 3 + viervoeter. We babbelden wat. Vandaag was het hondje moe en ze vertelden me dat ze ophielden in Ribadesella om vrienden van vader te bezoeken. Schouderklopje en verder. De lunchpauze werd na stappen door weiden en bosjes de Playa San Antonio.

Er loopt duidelijk al wat meet volk rond. De paasweek is heilig hier. Morgen op goede vrijdag is het een echte feestdag.

Heel andere omgeving. Groen

De Camino kiest meer inland als richting. Een rustige glooiende weg die wat trekt op een oude spoorlijn. Het gaat vlot vandaag. De kilometers worden gevreten en we gaan vooruit. We zitten halfweg. Hoera.

Gevangen kappeletje

Op die rustige grindweg juist voorbij een ciderbrouwerij hoor ik mensen achter mij praten. De toeristische pelgrims uit Frankrijk. Lightpackers. Twee dames stapten me flink voorbij, wat heen en weer geroep en de rest van de groep was achter ons gelaten.

Franse superpelgrims

Die Franse superpelgrims stapten verder en verder voor mij uit tot aan de kruising met een grotere weg. Daar hielden ze halt voor het aanvoeren van drank en proviand blijkbaar.

Horreo

De eerste schuurtjes op stenen voetjes komen in het landschap. Horreo volgens de gids. Daarin bewaarden de mensen hun voorraden. De poten zorgden ervoor dat ongedierte de granen edg niet makkelijk konden eten. En onder het dak kan je er hout leggen om te drogen. In onze streken kwamen zo een schuren in de Romeinse periode en vroege middeleeuwen ook voor dacht ik. Ik herinner me de naam niet meer, maar mocht je het weten, geef een seintje.

Altijd aangenaam stappen naast spoorweg. Laag stijgingspercentage 😉
Smal corridor met snelweg, spoor en Camino

In de smalle strook tussen berg en zee passeren we Pria. Leuke buurt. Maak kennis met familie bloempotje.

Familie bloempotje

Daar kruiste ik plots speedy pelgrim. Hij kwam me tegemoet, zonder rugzak. Hij draaide om en liep dan een 300 m met me mee terwijl hij belde. Ik moet corrigeren. Hij sprak geen Duits, maar iets wat ik niet kan thuisbrengen. Iets Oost-Europees?

De laatste stevige klim van de dag ging door de weide tussen de koeien met klokken om hun nek. Het was net een beiaard. Een laatste keer de spoorlijn oversteken. Dus goed kijken of de trein niet afkomt, maar dat is gelukt hoor. We zijn er nog.

Cecile n’est pas un passage a niveau

Er volgde dan nog een 8-tal km stappen tussen struiken en weiden in één rechte lijn naar havenstad Ribadesella. Een lange brug over met heel veel mensen over en aangekomen.

Hoog water in Ribadesella

Het was eigenlijk verschrikkelijk druk. Komt het omdat het morgen feestdag is, want goede vrijdag wordt hier gevierd. Maar er is nog een reden tonen affiches op de ramen.

Morgen paardenrennen op het strand!

Etappe 75 – Zierbena naar Castro Urdiales – 27 km – 1910,3 km – dag 10

Het is zonnig en het wordt warmer voor deze etappe die eerst langs de kust en dan in het groen verloopt.

Klim vanuit Zierbena

Zoals zo vaak begint de dag met een klimpartij. Ook vandaag. Al snel zijn de gele pijlen present om me weg te lijden uit de ferryhaven.

Kustpad La Arena

Al snel gaat het terug naar de zee. Naar La Arena. Heel dicht tegen de zee, op een pad richting strand en letterlijk een 100 m ploeteren in het zand richting bruggetje dat naar een kustpad leidt.

Een riviertje dat op natuurlijke wijze de zee in stroomt. Dat hebben we niet meer bij ons. Geen betonnen structuur, geen haven, geen dan. Gewoon puur natuur. Het kustpad ging eerst wat omhoog en slingerde dan langs de rotsen naar Onton. Het leverde mooie vergezichten op.

Langs het kustpad terugkijken richting Haven Bilbao.

Veel gebeurde er eigenlijk niet. Ee vrij vlak en makkelijk parcours. Enkel melden dat ik Duitser Christian weer zag. Hij was aan het eten op een bank samen met een dame pelgrim. Dag gezegd en Guten appetit.

Ik dacht dat ze me beiden zouden inhalen erna, maar ik heb eigenlijk van de ganse dag niemand meer gezien. Misschien namen ze de saaiere kustweg. Ik opteert echter voor de groenere inlandse route en trok dus voorbij Onton omhoog de bergen in.

Richting Baltezana
Eucalyptus

Via kleine wegen naar omhoog tussen de typische eucalyptusbomen. Toch een omweg van een 10-tal km. Na de top terug naar beneden, grotendeels via een verlaten spoorwegbedding.

Oude spoorbedding
Oud station van Ontanes

Het liep als een trein! Langzaam afdalen, mooi pad. Comfort voor de stapper. Nog even uit de toon in Samano waar weer een venijnig klimmetje zit. En daan gaat de route over in een saai voetpad richting Castro Urdiales.

Vanavond nog even een Mac binnen geslopen. Kwart voor 8. Wat eten die Spanjaarden toch laat!

Iets voor acht nog geen klanten…

Etappe 60 : Osserain naar Larcevaux – 29,6 km (1.580,7km)

Stephane

Weer geluk vandaag als ik naar de lucht kijk. Blauw en zonnig. Vannacht regende het, maar de buien zijn overgetrokken. Het ontbijt in de door Britten uitgebate B&B is ok. Ik kan er dus weer tegen, want er staan 2 flinke klauterpartijen op het programma.

Eerst de rivier over. Die stroomt tegen vreemde steenformaties aan. Niet alledaags.

De witte bergtoppen, die ik gisteren zag zitten verstopt achter dikke wolken. En dan kwam ik Stephane tegen.

Stephane vertrokken vanuit Limoges. Samen gestapt tot Saint-Palais. Daar afscheid genomen want ik wou er per se nog iets eten en hij trok verder.

Na middag kwamen 2 beklimmingen. Hier startte de eerste. Een betonnen pad eerst hielp het klimmen. Al vlug vetraagde mijn snelheid en kwamen regelmatige haltes.

Wel was het uitzicht soms adembenemend, en ook de besneeuwde toppen kwamen terug piepen. Boven aangekomen was het minder aangenaam door de kille stevige wind. Een paar beelden verwelkomen de bezoekers op de top.

Na de klim ging het stevig naar beneden. Ondertussen waren hoog in de lucht verschillende vogels met gigantische vleugels aan het ronddraaien. Ik vermoed gieren, want die beestjes zijn ondertussen terug uitgezet in de Pyreneeën. Echt gigantisch. De tocht ging vervolgens steil naar beneden het dal in.

Maar het was wat ik andere kant zag die mij wat minder op mijn gemak stelde. Dat pad steil omhoog… Toch niet het vervolg van de tocht? Tijdens het afdalen kon ik volop genieten van de vergezichten.

Beneden in het dal stond de gedenksteen in het baskisch. Blijkt de samenkomst te zijn van 3 caminos van Frankrijk, waaronder de populaire vanuit le Puy en Vellay, die door de Fransen zelf wordt gestapt.

Mijn vrees was gegrond daarstraks. Het pad omhoog was het vervolg van de tocht. Flink de hoogte in dus.

En heel vreemd qua ondergrond. Zachte vlakke rots, die volop afschilfert. De tocht ging traag. Vervelender werd wel de wind, die koud en stevig werd. Heel onaangenaam bergop en wind tegen. Ik moest constant mijn hoed vasthouden of ie was weg.

Na flink zwoegen was de top zichtbaar. Daar staat een kapel met oa waterkraantje. En wie stond me daar op te wachten. Stephane.

Samen zetten we dan de tocht verder. De landschappen bleven schitterend. Enkel de wind was vervelend. De tocht ging verder omhoog en dan omlaag.

We gingen verder en in Ostabat besloot Stephane zijn tentje op te zetten voor de nacht. Hij stapte de plaatselijke bar binnen na afscheid te hebben genomen. Ik stapte nog een 5km verder. En toen ik aankwam toonde de lucht dat er morgen nog wat meer wind te verwachten was.

Etappe 59 : Orthez naar Osserain – 29,9 km (1.551,3 km)

Verdraaid. Waar loop ik nu eigenlijk rond?

De streek werd gisteren terug heuvelachtiger en vandaag zou het nog erger worden. Maar vooraleer de tocht aan te vatten kocht ik eerst de treintickets om vrijdag naar huis terug te rijden. Na het bezoek aan het station verliet ik Ortez over de nieuwe autobrug en zo kon ik een foto maken van de oude brug met ongelijke bogen.

Le vieux pont d’Ortez

De tocht vandaag ging veel minder langs tarmac, maar meer door bos en weilanden. De hoogteverschillen leidden wel tot gek zicht zoals dat kerkje dat daar beneden lag.

Vreemd heerschap ontmoet rond de middag. Een leuk beeld van een pelgrim dat me deze middag gezelschap hield tijdens het eten op een bankje onderweg.

Het was een hele natuurrijke wandeling vandaag. Slechts één frustratie. De kaart van mijn gids ,de “mjammjamdodo”, was volledig fout. Zo fout dat ik helemaal niet meer wist waar ik was! Hoe lang de tocht zou duren en of ik wel in de juiste richting stapte. Wel kon ik steeds de tekens van de Camino  onderweg volgen. Gelukkig maar! De problemen begonnen al bij deze klim.

Gelukkig waren er de vele mooie bloemen en planten langs de weg zoals deze prachtige orchideetjes. Ik wist niet waar ik was, maar waar ik was, was het wel mooi.

En mag ik jullie, wel wat vroeg, deze meiklokjes aanbieden.

Zoals gemeld had ik eigenlijk geen flauw idee waar ik was; buiten, dat wel,  ergens in de bossen. Een mens krijgt dan toch ook honger en ik ging even zitten om een hapje te eten en vooral om te drinken. Een houtstapel zou een ideale zitplaats moeten zijn, totdat…

Ik zat amper neer of een hele horde mieren overspoelde mij, mijn rugzak, mijn eten, mijn hoed… ik vloog meteen terug recht en stond daar als een gek rond te dansen om me van die beestjes te ontdoen. Brrrr…

Dat de Pyreneeën in de buurt waren was wel duidelijk! Als de tocht naar boven ging zag je in de verte een paar besneeuwde bergtoppen “naderen”. Maar door de nevel waren ze niet zo goed te fotograferen. Daarom een paar paarden erbij.

De natuurpaden zijn heerlijk om langs te stappen. Door bossen, weiden en heide. Niet steeds comfortabel, maar wel heel avontuurlijk en heel afwisselend. Zoals op de foto hieronder. Inderdaad, dit is een wandelpad!

Na de middag pakten de regenwolken zich samen, en uiteindelijk vielen de regendruppels uit de lucht. En kijk maar wat de koeien deden, toen het regende. Ze schuilden onder de bomen. Slimme dieren! Ik integendeel liep verder door de regen. Met regencape aan wel te verstaan!

Het einde van de dagtocht liep door een vallei en in de verte waren de stadsmuren van Osserain te zien. Indrukwekkend hoog wel. Als je dit als arme soldaat moest opklimmen tijdens een belegering….brr ik durf er niet aan te denken.

Blijkbaar werd er uiteindelijk van mij verwacht dat ik na al die wandelkilometers dartel de trappen opstormde.

Ik ben wel boven geraakt, maar door af en toe halt te houden en ondertussen rond te kijken. Zo zag ik dan de resten van de oude brug staan.

Aan de overzijde geraak je niet via dit exemplaar.