Etappe 55 – Van Bouriot via Roquefort naar Mont de Marsan – 42,0 km (1.443,5 Km)

Een kleine marathon.

De wandeling startte onder het thema: I am a train…

Maar toch eerst een woordje over de gite van gisterenavond. Ik werd er heel goed ontvangen. Na ingecheckt te zijn was het tijd voor het avondmaal. We zaten uiteindelijk met 6 personen aan tafel om de poulet à la basquaise te verorberen. Er waren 3 Parijse pelgrims die telkens een week de Camino gingen stappen. Een heer en 2 dames van mijn leeftijd. Hen had ik onderweg gezien. Ik had me niet gerealiseerd dat het pelgrims waren wegens gebrek aan rugzak.  Hun rugzakken werden nagereden blijkbaar. Er zaten ook 2 jonge dames uit Keulen aan tafel. Zij reisden liftend van Ile de Ré naar Carcassone. Het was gezellig aan tafel. Wegens de geplande lange afstand vandaag, was ik de eerste die vertrok. Eerst een stukje door heide en dan de spoorlijn terug op.

Veel sporen van dieren in het zand van o.a. ree, everzwijn.

Maar ik was dus aan het stappen op de oude spoorlijn. Het voordeel is dat de uitgesneden dalen met de riviertjes allemaal overbrugd zijn. Dus minder omlaag en dan weer omhoog. Het vlakke parcours was dus minder vermoeiend.

Op de foto herken je de brugleuning. Het riviertje stroomt heel wat lager.

Na een poos verdwenen de bomen en kwam er een echt “Les Landes” landschap, met zand en dennen die regelmatig gekapt worden. Fijn is wel dat de houthakkers de bomen met merktekens voor de wandelaars laten staan. Ik heb het ooit anders meegemaakt in de Ardennen. Aankomst in het dorpje Roquefort. (Niks te maken met de straffe kaas, want dat is een andere Roquefort!)

De kerk, waar men zich opmaakte voor de goede vrijdag dienst.

In Roquefort meteen 2 koffies gedronken en wat eten en drinken gekocht. Ook nog een eenzame pelgrim gezien, maar die wandelde in de verkeerde richting. En dan weer op weg voor nog meer kilometers.

Daarna kwam er dan weer een vervelend stuk langs een drukke invalsweg. Het gras van de berm langs de weg was al wat hoog opgeschoten, dus vervelend stappen was dat. Gelukkig kwamen daarna al vlug de rustiger paden in het vizier.

Zanderige paden tussen de dennen. Dat betekende ook dat de temperatuur toch wat hoger werd in de loop van de dag. En er veel geritsel was langs de weg van allerhande hagedissen.

Vooral langs de open pas heraangeplante stroken werd het stilaan bakken in de zon. Vandaag dus genoten van de voordelen van afritsbare broeken. In een volgend dorp volgde de verwondering van de dag met een verrassing.

De kerk van Borges is heel pelgrimvriendelijk gemaakt, met speciale verlichting en zelfs een eigen ruimte voor de pelgrims waar thee of koffie beschikbaar staan. Leuk en heel aangenaam!

Een andere eigenaardigheid hier is dat voor de deur van sommige huizen versierde palen staan. Blijkbaar als er een speciale verjaardag te vieren valt. Ook leuk.

De tocht ging verder langs rustige landwegen. Niet veraf waren mensen aan het schieten. Wat een kabaal en de afstand die dat geluid draagt. Net zo ver als dat van de straaljagers die hoog in de lucht aan het trainen zijn.

Hoge bomen vangen veel wind. Ze gaan er zelfs van doorbuigen.

De dag eindigde zoals ie begon, met een lange rechte lijn op een verlaten spoorberm. Voordeel hier was wel de begroeiing die de temperatuur aangenaam hield.

En naarmate Mont-de-Marsan nadert komt er meer volk voorbij fietsen, wandelen, joggen, enz…

Ziezo, de marathon zit er op. Morgen kortere afstand!

Etappe 54 : Captieux naar Bourriot-Bergonce – 22,7 km (1.391,6 km)

Rechtdoor

Zoals gezegd ging ook vandaag de tocht verder langs de oude spoorlijn. Bij het verlaten van Captieux waren man en macht aan de slag om het voet- en fietspad verder af te werken. Zeker 5 wagens present en 12 man waren aan het werk.

De staat van het pad was iets minder dan gisteren. Meer keien en putten, maar ik mocht zeker niet klagen.

En dan een lange rechte trektocht. Kleine details grijp je aan als afleiding zoals het gewroet van de everzwijnen aan de kant het pad.

Of een hogedrukleiding voor gas die door de bossen is aangelegd en die het pad kruist .

Maar verder rechtdoor, rechtdoor, rechtdoor, één lange rechte lijn.

De enige mensen die ik onderweg zag vandaag waren 2 joggers en een brandweerman in de auto.

Na de middag  was er plots verandering in het parcours met het verlaten van de spoorlijn en de oversteek van de autoweg.

En inderdaad, vanaf nu was ik in de Landes zoals op het bord stond.

En meteen was ook de begroeiing anders. Meer kempenlandschap met ook meer zand op de grond.

Wat verderop trok het landschap helemaal open en verschenen grote akkers, voorzien van uitgebreide sproeisystemen.

De buizen liggen al klaar. En zo kwam er toch nog wat variatie in de dag met schapen, eenden, enz…

Morgen een lange wandeling op het programma. Slaapwel!

Etappe 47 : Perigeux naar Saint-Astier – 26,5 km (1.191,2km)

Merkwaardige ontmoetingen en een boswandeling

En zo ben ik ’s morgens nog maar pas vertrokken in Perigeux of daar kwam de eerste ontmoeting al. Ik werd geroepen door een man. Of ik de Saint-Jacques deed, waar ik vandaan kwam, dat hij ook gestapt had, dat zijn nazm Jorge was, enz, enz… ik wou verder stappen, mazr hij liet me niet gaan. Ik moest een geschenk aanvaarden van hem en zo kreeg ik het boek dat hij over zijn Camino heeft geschreven en hij schreef er zelf npg een boodschap in voor mij.

Dan ging de tocht de stad uit. Meestal is dat niet de meest boeiende strook van de tocht maar deze keer viel het niet echt tegen. Afwisseling was er wel.

Langs de invalsweg was zelfs een speciale strook voor fietsers en voetgangers.

Een volgende ontmoeting was meer spiritueel van aard met een bezoek aan een abdij, volop in herstel en renovatie. Hierbij wat beelden.

De abdij van Chancelade. Ernaast was een kleine kapel waar ik met mijn rugzak aan bijna niet binnen geraakte.

Na wat rondgekeken te hebben, verder gestapt. Al snel dook de route het bos in met stijgen en dalen. Op het laagste punt vind je vaak een lavoir, een wasplaats en ook hier was dat zo.

De volgende uren werd ik onder gedompeld in het bos. Daar kwam ik de volgende ontmoeting tegen. Ik zag ze niet maar hoorde toen ik juist pauzeerde en aan het eten was. Wat verderop was plots een everzwijn aan het roepen. Niet zo aangenaam als je rustig op een boomstronk aan het eten bent. En zo een ever roept luid! Om eerlijk te zijn voelde ik me niet zo op mijn gemak.

Wat verderop zag ik heel wat sporen van omgewoelde grond op en naast het pad. Iets anders wat ik zag waren onderstaande bloemen die beginnen aan de bloei. Mooi, alleen benieuwd wat het zijn want geen idee.

Tekenen van de Camino vind je op de meest rare plaatsen zoals deze bengelende schelp met “bon chemin” op geschreven midden in het bos.

En na 2 fikse klimwandelingen gevolgd door evenveel afdalingen kwam ik aan in de vallei van l’isle, rivier met jaagpad naast. En wie loopt er naast dat jaagpad? Weer een ontmoeting. Medepelgrim Wu!

Samen wandelden we dan verder langs de rivier, die wel wat vetval heeft. Waterkrachtcentrales (in het witte gebouw) zorgen er voor electrische stroom.

We stappen samen over de dansende brug, waar je voetstappen de brug doen lichtjes bewegen. Vreemd.

En zo komen we samen aan in Saint-Astier, bestemming voor de dag.